Nieuwe Kerk aan het Spui. Geschiedenis en orgel


[Afb. 1, 1a, 2: Nieuwe Kerk in vogelvlucht en aanzicht vanaf het Spui]


ALGEMENE INFORMATIE KERK:

Naam kerk: Nieuwe Kerk
Adres: Spui 175
Bouwjaar: 1649-1656
Architect: Pieter Noorwits en Barthold van Bassen
Beheer/gebruik: Stichting Nieuwe Kerk (voor cultuur / manifestaties en concerten)

Exploitatie catering: Taat & de Regt.
Kerkelijk gebruik: Redeemer International Church (sinds 2010 actief in Den Haag)

ALGEMENE INFORMATIE ORGEL(s):

Orgel: Joannes Duyschot 1702: - fa Bätz & Co: 1866-1867 - 21/II/P
Titulair organist: Hero de Boer (tevens beheerder orgel)
Organisatie concerten: Stichting Dans en Muziekcentrum Den Haag (DMC) en Residentie Orkest (RO).
De Nieuwe Kerk participeert (nog) niet binnen het HOK.

 

GESCHIEDENIS 

Den Haag in de 17e eeuw

Den Haag was oorspronkelijk ontstaan uit het ambacht ‘Die Haghe’ dat was gegroeid rond het jachtslot dat graaf Floris V in de 13e eeuw had laten bouwen. Ondanks dat de graaf ook vaak elders verbleef, was zijn invloed op het gebied rond in Den Haag altijd te merken. Ook toen Den Haag groeide en een eigen bestuurlijk orgaan ontwikkelde. Daardoor ontstond er een soms ingewikkelde situatie m.b.t. het gezag in de stad.
In de 16e eeuw ontstond de ‘Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden’ uit de verschillende gewesten van wat nu Nederland is. Na de 80-jarige oorlog en de Reformatie in de 16e eeuw kozen de provincies boven de rivieren voor de ‘Nieuwe Leer’ waardoor de invloed van de RK-kerk vrijwel verdween en RK-kerken werden toegewezen aan de Protestanten.

Ook Den Haag had grotendeels voor het Protestantisme gekozen en alle kerken ontdaan van RK-invloeden. (lange tijd was het zelfs verboden vanaf de openbare weg zichtbare niet-gereformeerde kerken te bouwen)

Den Haag groeide wat inwonertal betreft. De bevolking bestond uit ambachtslieden en kooplieden, maar ook uit gegoede burgers, ambtenaren die aan het Hof werkten en aristocraten en edelen. Daarnaast waren er ook militairen in de stad gelegerd en weren er dus militaire machthebbers. En was er In de stad een grote Joodse gemeenschap. Uiteraard woonde iedere in een voor hun status passende behuizing. Van eenvoudige, vaak kleine huizen tot voorname herenhuizen en staatspaleizen aan statige lanen. Feitelijk was er sprake van verschillende stadsgebieden: 1) het Hoofdgebied, 2) het dorp Die Haghe 3) de randgebieden.

Bouw Nieuwe Kerk

Het gebied waar de Nieuwe Kerk zou verreizen werd wel ‘Patmoes’ genoemd. Het lag aan het Spui, de afwatering van de Hofvijver en de stad, maar tevens belangrijk transportkanaal voor het vervoer van goederen.

Het initiatief voor de bouw van de Nieweg Kerk werf feitelijk genomen door de Hoge Sociëteit, een samenwerkingsverband van verschillende gezagsorganen. De bouw van de kerk was noodzakelijk omdat de andere kerk in de stad (Grote Kerk en Kloosterkerk) onvoldoende ruimte bleken te hebben om het groeiende aantal gelovigen te kunnen bergen. Het werd de eerste kerk in Den Haag die na de Reformatie, specifiek voor de Gereformeerde eredienst werd gebouwd. Dat was in de kerk ook goed te merken: Niet de Eucharistie en het Hoogaltaar stonden centraal, zoals in de RK-viering, maar het Woord (de preekstoel dus) Ook het orgel kreeg een ander taak: de begeleiding van de volkszang. (al was er wel een strijd aan vooraf gegaan omdat men aanvankelijk het orgel, als ‘Paapse fluitenkast’, wilde weren uit de gereformeerde eredienst)

 

Bouw en ontwerp

De Nieuwe Kerk werd tussen 1649-1656 gebouwd naar een ontwerp van Pieter Aaronsz. Noorwits (bouwmeester van de Generaliteit) en Barthold van Bassen (Haags kunstschilder en architect) in een Hollands classicistische stijl. Bij het ontwerp van de Nieuwe Kerk hebben de bouwmeesters inspiratie gezocht bij dat van de Westerkerk in Amsterdam (gebouwd tussen 1620 en 1631). Een ontwerp van bouwmeester Hendrick de Keyser (1565-1621)

 


[Afb. 3, 4: Nieuwe Kerk op prent uit 1650 van Bartholomeus van Bassen en zicht v.a. een winterse Turfgracht (oude ansichtkaart)]

 

 
[Afb 5, 6: Nw Kerk, Spui gezien v.a. het Zieken met zicht op Nw Kerk. Beide eind 17e eeuw]

 


Stedenbouwkundige ligging

De huidige stedenbouwkundige ligging van de kerk aan het Spui is niet te vergelijken met die van het verleden. Toen de kerk in de zichtas van het water aan de Turfmarkt lag.
De omgeving van de kerk toen, het 'Patmoes' genoemd, bestond uit kleinschalige bebouwing waarboven de kerk groots uittorende.
Vandaag de dag gaat de kerk bijna schuil achter de belendende grootschalige bebouwing.



[Afb.7: Luchtfoto van Nieuwe Kerk tussen omliggende bebouwing]

 

De tuin rond de kerk wordt aan drie zijden begrenst door een muur met hekwerk. Aan de kant van het Spui is een groot toegangshek geplaatst. Aan de achterzijde, (in de Bezemstraat) en zijkant (in de St. Jacobsstraat) is een toegangshek van kleiner formaat in de muur aangebracht. De Noordwestzijde van de tuin wordt begrenst door bebouwing (met o.a. restaurant Pavlov die een stuk van de tuin gebruikt als terras)


[Afb. 8: Spui met Nieuwe Kerk achter het hek]

 

In de tuin, die vroeger de functie van als kerkhof had, bevindt zich het grafmonument van de grote filosoof en humanist Spinoza die aanvankelijk in de kerk was bijgezet. Er loopt een voetpad van het Spui naar de Bezemstraat, rond de kerk. het maaiveld is overwegend van gras voorzien ook zijn enkele bomen geplant.

 


[Afb. 8a: voorgevel aan het Spui, vanuit de tuin gezien]

 

Exterieur

Het gebouw heeft een heel kenmerkende vorm waaruit het grondvlak, een Dubbelkruis (Latijns kruis met twee dwarsbalken) met gelijke benen met afgeschuinde hoeken, is te herkennen.
Kenmerkend zijn tevens de rijzige muurvlakken op een hoog en zwaar basement van metselwerk en natuursteen, alle muurvlakken, de afgeschuinde benen van het Latijnse kruis, zijn voorzien van hoge rondboogvensters. De uitwendige hoeken van deze wanden zijn allen voorzien van natuurstenen pilasters met kapitelen van Dorische orde. Bovenop de steunberen aan de hoeken van het rechthoekige (hoofd)grondvlak staan grote siervazen op een natuurstenen voet.

Het veelhoekige tentdak, dat de plattegrond van de kerk volgt, is gedekt met leien. Midden op het dak staat een forse toren die doet denken aan de torenbekroning van de Amsterdamse Westerkerk.

Het ingangsportaal bevindt zich aan de Noordoostzijde van de kerk, richting het Spui. Ook de hoeken van dit portaal zijn gesierd met grote siervazen.

Aan de zijkanten, tussen de twee benen van het Latijnse kruis, bevinden zich aanbouwsels waarin zich heden toegangsdeuren en de trappen naar lobby met toiletten bevinden. Op de verdiepingen is kantoorruimte gevestigd.

Bijzonder is dat het orgel alleen via een toegangsdeur in de buitengevel is te bereiken. De organist moet dus altijd ‘buitenom’ naar zijn instrument.



[Afb. 9: detail hoofdingang Nieuwe Kerk]


Interieur

De kerk is zo gebouwd dat alles is gerangschikt rond de plaats die de toenmalige gereformeerden, waarvoor de kerk is gebouwd, het belangrijkste vonden: de preekstoel waar de woordverkondiging plaats vond. Die staat dan ook op een centrale plaats midden in de kerk.
In dit kader wordt wel gesproken van ‘centraal bouw’, maar architectonisch is dat niet juist. (al is de ruimte wel vormgegeven rond een centraal punt: de kansel)

 


[Afb. 10a,b,c, plattegronden NK]

 

Overigens is het principe van centraal-bouw na de reformatie vaker toegepast bij de bouw van nieuwe kerken voor de gereformeerden. Ook wel op basis van een cirkelvorm of daarvan afgeleid.

De plattegrond van de Nieuwe Kerk past echter als veelhoek niet binnen een cirkel zoals andere kerken (Noorderkerk Amsterdam en Nieuwe Kerk Groningen die een Grieks kruis als plattegrond hebben) maar heeft de complexere vorm..

 

[Afb. 11, 12: Noorderkerk-Amsterdam, Nieuwe Kerk-Groningen]


De plattegrond van de Nieuwe kerk is gebaseerd op een kruis met twee dwarsbalken en gelijke zijden (een ‘dubbelkruis’), zodanig dat het rechthoekige basisgrondvlak begrenst werd door 6 halve achthoekige traveeën (of ‘zijkapellen’) met aan drie zijden vensters. Iedere travee wordt gedekt door een ribbengewelf en een tentdak. De wanden zijn aan de binnenzijde halfrond afgewerkt met stucwerk.

Er ontstaan zo 6 zware muurmassa’s (4 aan iedere hoek van het rechthoekige basisgrondvlak en 2 tussen de zij-traveeën) Deze massieve muurdelen zijn stabiel genoeg om de dakconstructie –met toren- te dragen die verder geen trekstangen of dragende kolommen nodig heeft. De Nieuwe Kerk is daarmee het eerste kerkgebouw van dit formaat waar geen dragende losstaande zuilen zijn toegepast. Een unieke bouwkundige oplossing die pleit voor het vakmanschap van de bouwmeester, waarom dit unieke architectonisch ontwerp dan ook op meerdere plaatsen navolging kreeg.




[Afb. 13: Nieuwe Kerk: gewelf met zichtbare ribben]

 

Kenmerkend is het (oorspronkelijke) fraaie houten ribben-gewelf met versierde gewelfschotels. De later aangebrachte beschieting met planken is bij de aanpassing voor gebruik als concertzaal weer verwijderd waardoor de akoestiek wel sterk veranderde (de nagalm werd beduidend korter en beter geschikt voor concertant gebruik)

 


[Afb. 14: interieur kerk met Herenbanken en moderne stoelen i.v.m. concertgebruik]


Ook het 17de-eeuws meubilair met terrasvormige (heren)banken tegenover de preekstoel en in de 4 zijkapellen is grotendeels nog aanwezig. De kerkbanken onder het orgel zijn later verwijderd.

In 1996 is de kerk voor de Hervormde eredienst gesloten en geschikt gemaakt als concertzaal en evenementenlocatie (i.s.m. de toenmalige Anton Philipszaal, thuislocatie voor het Residentie Orkest). Hiervoor is een grote crypte uitgegraven die dienst doet als foyer en ontmoetingsruimte. Er zijn toen ook meerdere trappen aangebracht als toegang naar de benedenruimte.

Naderhand is het kerkelijk gebruik weer terug gekomen al gevolg van de huur van de kerk door de in 2010 opgezette ‘International Church of The Hague’.

 

Plaatsing akoestische schermen

In 2001 werden in de kerk op verschillende plaatsen akoestische schermen geplaatst waardoor de akoestiek beter geschikt werd voor de uitvoering van kamermuziek. Die inderdaad voortreffelijk klinkt in de kerk.

Echter door deze akoestische aanpassing is ook de specifieke ‘kerkakoestiek’ die een extra dimensie geeft aan b.v. koor- en/of orgelconcerten, niet meer optimaal. De kerk klinkt nu wat ‘droog’. Ook werd de uitstraling en het aanzicht van het orgel ernstig belemmerd, ondanks dat ze gedeeltelijk transparant waren. Velen vonden dan ook dat orgelconcerten niet optimaal konden worden uitgevoerd.

Bij de laatste restauratie zijn de akoestische schermen voor het orgel verschuifbaar gemaakt, waardoor het orgel weer in volle glorie te zien en te horen is bij orgelconcerten (zie verder ‘Verplaatsbaar maken akoestische schermen’)

De schermen elders in de kerk zijn echter wel gebleven. De ‘kamerconcert-akoestiek’ is dus nog wel aanwezig. Maar doordat de uitstraling van het orgel niet meer belemmerd wordt is de klank wel majestueuzer geworden. Zeker na de jongste restauratie van 2019 (zie het hoofdstuk hier over)

 


[Afb. 15: akoestische schermen voor het orgel (oude toestand)]

 

ORGEL

Het orgel is oorspronkelijk gebouwd door de Joannes Duyschot uit Amsterdam, die het opleverde in 1702. Het orgelfront is, ongetwijfeld in samenspraak met de orgelbouwer, ontworpen door de beeldhouwer Johannes Hanart en bestaat uit een Hoofdwerkkas gedragen door, met Korintische zuilen en pilasters, met 4 gedeelde velden, een hoge ronde middentoren en twee spitse zijtorens. De onderkas vertoont sterke insnoeringen. Het Rugwerk heeft vrijwel de zelfde velden verdeling als de Hoofdwerkkas maar dan op een halfronde plattegrond (de buitenste velden zijn dan ook spitse torens). Alle middelste pijpen van de torens zijn geciseleerd en verguld. Bij de andere pijpen zijn alleen de labia verguld. Meer dan de helft van het pijpwerk (16 registers) zijn nog van Duyschot. 12 registers zijn door orgelbouwer Witte geplaatst. Het zelfstandige pedaal is door Flentrop geplaatst.
Onder de Rugwerkkas is een met acanthusbladen bewerkte sofiet aangebracht.
Ook worden er orgelluiken aangebracht op Hoofd- en Rugwerk. De luiken zijn alleen aan de binnenzijde beschilderd met Bijbelse voorstellingen door de Hofschilder Theodorus van der Schuer (1634-1707)
Het orgelfront van de Nieuwe Kerk vertoont in de opbouw opmerkelijke gelijkenis met dat van de Westerkerk in Amsterdam en Nieuwe Kerk in Middelburg. Al zijn er ook kenmerkende verschillen.

Het is een orgel met 39 registers verdeeld over Hoofdwerk, Bovenwerk en Rugwerk. Het Pedaal was aangehangen aan het Hoofdwerk.

 


[Afb. 16: Nieuwe Kerk: orgelfront na restauratie met weggedraaide schermen (foto: Koos Schippers)]

 

Van 1727 tot 1743 werkt Rudoph Garrels aan het orgel. In 1753 voorziet Gerard Steevens het orgel van een nieuw pedaalklavier. In 1793 repareert de Haagse orgelbouwer Joachim Reichner de windladen en verzorgt wat herstel, en opknapwerk aan front en kas. Daarna wordt er in de loop van eeuwen aan hetorgel gewerkt door verschillende orgelbouwers, waarna in 1876 Christian Gottlieb Friedrich Witte (Fa Bätz & Co) het orgel van een nieuw binnenwerk voorzien in de bestaande kas en met veel bestaand pijpwerk van Duyschot.
In 1977 wordt het orgel gerestaureerd door Flentrop Orgelbouw. Die ook een vrij pedaal platst volgens een (enigszins aangepaste) dispositieplan van Witte.

De bespeling van het orgel is vanaf de voorzijde van de hoofdwerkkas. Er zijn drie handklavieren en een voetklavier (pedaal). De registertrekkers zijn zowel links en rechts naast het manuaal als boven de lessenaar aangebracht. De klaviatuur is sober vormgegeven er is geen versiering aangebracht.

 


[Afb. 17: speeltafel na restauratie– met staande orgelbeheerder Hero de Boer (foto: Den Haag FM)]

 

In 1866-1867 werkt orgelbouwer Chr.G.F. Witte (fa Bätz & Co) aan het orgel. Feitelijk plaatst hij een nieuw orgel in de oude kas, waarbij hij, naast nieuwe orgelpijpen ook veel pijpwerk van Duyschot gebruikt (ca 16 registers)
In 1976 volgt een restauratie van windladen en balgen door de fa. Flentrop, Zaandam onder advies van Klaas Bolt. Hierbij wordt nieuw tinfolie en verguldwerk op de frontpijpen aangebracht, het mechaniek hersteld en een transpositieklavier aangebracht. Tevens wordt het orgel uitgebreid met een vrij pedaal volgens het (oorspronkelijke) plan van Witte (zij het met uitbreiding van een toen niet voorziene Trompet 4' en een koppel P+RW).

Een plan van de voormalige organist van de Nieuwe Kerk, Gerard Akkerhuis, tot reconstructie van het naar de oorspronkelijke situatie van het Duyschot-orgel werd niet gehonoreerd.

 


[Afb. 18: ingekleurde pentekening met aanzicht orgel]


Restauratie orgel

In 2013 wordt een start gemaakt met plannen en fondswerving voor restauratie van het orgel en het mogelijk maken van verplaatsbare schermen voor het orgel.

In dit kader geeft de vertrekkende burgemeester Jozias van Aartsen aan dat zijn afscheidscadeau bestemd zal worden voor een fonds om deze activiteiten mogelijk te maken. Ook er wordt een inzamelactie gehouden ten bate van het steunfonds. Tevens wordt met succes rijkssubsidie aangevraagd om de kosten voor deze plannen dekkend te krijgen.

 


[Afb. 19a+b: folder Steunfonds Orgelrestauratie]

 

In 2018 wordt met de restauratie van het orgel begonnen door orgelbouwer Reil uit Heerde. Ook de orgelluiken zijn aan restauratie toe. Dit wordt uitgevoerd door de gespecialiseerde restaurator Leonoor Speldekamp.

Rond half augustus 2019 is de restauratie van de orgelluiken afgerond. Eind augustus is dit voor het orgel het geval.

 


[Afb. 20: Gerestaureerde luiken worden afhangen-restauratie 2019/‘20]


Verplaatsbaar maken akoestische schermen

Intussen is ook, na uitgebreid overleg, een plan opgesteld om de akoestische schermen voor het orgel beweegbaar op te hangen, zodat ze bij orgelconcerten niet meer voor het orgelfront hangen en het zicht op- en de uitstraling van het orgel belemmeren. Dit was nog een hele technische uitdaging omdat aan het gewelf niets mocht worden opgehangen.
Eind november worden de verschuifbare schermen geplaats en is ook fase 3 van de werkzaamheden gereed.

 

De Nieuwe Kerk bezit nu een fantastisch orgel in een geweldige kas die tijdens orgelconcerten goed hoorbaar en zichtbaar is. Maar heeft ook de unieke akoestiek voor kamermuziek behouden die het voor de restauratie had.

Het orgel zal een functie krijgen in de programmering van het Residentieorkest en andere orgelconcertactiviteiten.

zie ook: Ontwikkelingen Nieuwe Kerk


 

Boekje over Nieuwe Kerk

Meer informatie over de Nieuwe Kerk is te lezen in het boekje ‘Uit Padmoes verrezen’, onder redactie van Anneke Landheer-Roelants. Uitgegeven t.g.v. het 40-jarig bestaan van de Stichting Nieuwe Kerk in 2010 bij uitgeverij Matrijs.

 

 

[Afb. 21a-b: Titel- en rug pagina boekje ‘Uit Patmoes verrezen, De Nieuwe Kerk in Den Haag’ ]

 

Meer informatie:

 

HB/aug 2022

Agenda

Kerken & Orgels

Het HOK

De Stichting Haags Orgel Kontakt (HOK) is een samenwerkingsverband van zes participerende cultuuraanbieders in de Haagse binnenstad. 

Klik HIER voor de volledige omschrijving

Het Haags Orgel Kontakt onderschrijft de Governance Code Cultuur (GCC) en de Code Culturele Diversiteit (CCD)

Algemeen - GCC_beeldmerk_kleur_web.jpg  

Het Haags Orgel Kontakt wil zich ook houden aan de regelgeving m.b.t. de Algemene Verordening Persoonsgegevens.

 

De concerten en andere activiteiten van het HOK zijn alleen mogelijk door financiële bijdragen van subsidiegevers en de structurele subsidie die het samenwerkingsverband van het HOK ontvangt van de Gemeente Den Haag.